Zeilen op de Camira

Heel vroeg op vandaag, want we zouden gaan zeilen op een grote paarse catamaran, de Camira. Snel ontbijten, koffie en tassen ingepakt, zonnebrillen, zwemspul en zonnebrand mee en op naar de de receptie. Het transferbusje was er zoals afgesproken, om 07.05 uur. Dus instappen maar en op naar de haven. Het was een flink groot schip. In totaal gingen er 84 passagiers mee. De bemanning bestond uit 5 man en de schipper. Het was opnieuw prachtig weer, zoals eigenlijk al deze hele vakantie. Een stralend blauwe lucht, een heerlijke temperatuur en zo goed als geen wind. Eigenlijk te mooi voor zo’n flitsende zeilboot. We vertrokken uit Fraser Point, de jachthaven van Airlie Beach. Eerst op weg naar Daydream Island, waar we nog enkele mensen moesten oppikken. De Camira bleef uit de kust en de rubberboot werd naar wal gestuurd. Even later waren de mensen opgepikt en aan boord. Op Daybream Island is een mooi resort, vlak aan het strand natuurlijk. Op de rotsen voor dit resort staan drie beelden van zeemeerminnen. Het ziet er allemaal paradijselijk uit. Hierna hebben we onze reis vervolgt. Onder South Molle Island doorgevaren richting Dent Island en Hamilton Island. Onderweg hebben we dolfijnen gezien en uiteraard weer bultrug walvissen, die komen hier om deze tijd van het jaar veel voor. In eerste instantie zagen we een moeder met jong zwemmen op zo’n 300 meter afstand van onze boot. De motoren werden direct uitgezet en we zijn even blijven kijken. Volgens de schipper komen ze wel eens dichterbij uit nieuwsgierigheid en kunnen dan vlak langs de boot zwemmen. Dit gebeurde jammer genoeg niet. Na een tijdje zijn we langzaam weer verder gevaren, richting Whitehaven Beach. Deze keer gingen we voor een ander deel van het beroemde strand voor anker en zijn we aan land gebracht met het rubberbootje. Jeroen bleef aan boord, hij wou op het dek blijven zonnen. De andere jongens zijn gaan zonnen op het strand. Ik heb lekker een strandwandeling met Marjolein gemaakt, lekker door en langs het glasheldere water gelopen. Je kon de vissen zien zwemmen, heel mooi. Na een tijdje werden we weer opgehaald en zijn we verder gevaren, om het grote Whitsunday Island heen, richting onze snorkelplaats. Maar eerst natuurlijk lunchen. Op de barbecue hadden ze worstjes, steaks, kip en vis gebakken. Binnen stond een heel buffet klaar met salades, groenten, aardappelen, pasta, etc. Drinken zat ook bij de prijs in. We konden, de hele dag door, kiezen uit allerlei soorten frisdrank, ook hadden ze bier en witte wijn. Onder het varen kwamen we opnieuw walvissen tegen. Een groep van zo’n vier à vijf dieren, met één of twee jongen erbij. Opnieuw op ca. 300 meter van onze boot. We zagen een grote walvis recht omhoog het water uit springen om vervolgens terug in zee te plonsen. Blijkbaar waren ze in een speelse bui. Fascinerend om deze dieren in het wild van redelijk nabij te zien. Het snorkelen was opnieuw leuk. Veel mooi koraal gezien in allerlei soorten en kleuren. Uiteraard met heel veel vis, voornamelijk kleinere soorten deze keer, maar daarom zeker niet minder mooi. De snorkeltechnieken die we bij de duikopleiding geleerd hebben komen goed van pas. We kunnen hele stukken onderwater zwemmen en het rif van dichtbij bewonderen. Andere snorkelaars blijven, met drijvers, boven aan de oppervlakte. Na het snorkelen gingen we terug richt Airlie Beach. Onderweg heeft de bemanning nog een paar keer getracht te zeilen. Naast het grootzeil, werd ook de fok opgelaten. Dit resulteerde dan in een leuk gangetje, wanneer we op halve wind gingen varen. De wind was maar 4 à 5 knopen en dat is eigenlijk te weinig voor deze raceboot. We hebben heerlijk in het net aan de voorkant van de boot gelegen. Lekker gerelaxed. s’Middags hebben we koekje en fruit gekregen, met koffie of thee, of een ander drankje. Om kwart voor zes waren we weer in de haven. Vlak voor zonsondergang. Daarna met de shuttlebus naar de camping en vervolgens lekker uit eten geweest. Nu tijd om af te sluiten en onder de wol te gaan. Morgen hebben we een lange reisdag gepland. We gaan zo’n 550 km rijden, naar Innisfall. We willen daar de volgende dag even langs de Babinda Boulders, om te zwemmen en de wallabies te zien. De dag erop willen we in Port Douglas zijn, om vandaar uit het Daintree National Park met zijn mooie tropische regenwoud te bezoeken. Maar nu is het tijd voor bed!